Van gelijk naar gelijkwaardig

01 april 2022

De positie van de paralympische topsport moet net zo volwassen en krachtig zijn als die van de olympische topsport. De voorzieningen voor beide vormen van topsport zijn nu gelijk maar dat leidt nog niet altijd tot gelijkwaardigheid, meent de Nederlandse Sportraad in zijn nieuwste visie. Met daarin een advies voor trainers.

Inclusieve topsport is de stip die de Nederlandse Sportraad (NLsportraad) aan de horizon zet. De raad adviseert de minister voor Langdurige Zorg en Sport van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om de regie te nemen en van Nederland een gidsland op dit gebied te maken. Het advies ‘Gelijkwaardig en inclusief – advies over de doorontwikkeling van paralympische topsport’ is op 31 maart door de NLsportraad gepubliceerd.

Gelijke voorzieningen

De NLsportraad constateert dat de paralympische topsport in Nederland (grotendeels) over gelijke voorzieningen beschikt als de olympische topsport. Maar gelijk is niet hetzelfde als gelijkwaardig. Gelijkwaardig betekent juist dat er specifieke voorzieningen zijn waar dat nodig is. Het huidige gebrek aan gelijkwaardigheid wordt bijvoorbeeld gekenmerkt door de deels onzichtbare financieringsstromen voor paralympische topsport.

Andere voorbeelden zijn de geringe mate waarin paralympische topsport is opgenomen in reguliere sportevenementen en de ontbrekende media-aandacht – los van de Paralympische Spelen.

Voorzitter Michael van Praag: “Paralympische topsporters zijn een rolmodel voor de samenleving als het gaat om grenzen verleggen en meedoen. Zij zijn een inspiratiebron voor velen. Maar er is voor hen nog een wereld te winnen als het gaat om gelijkwaardigheid met de olympische topsport. Kijk alleen al naar de beperkte media-aandacht voor paralympische topsport en daarmee de onbekendheid bij het publiek. De Paralympische Spelen zijn het enige wat we zien, maar die worden gehouden als alle andere sporters al lang weer thuis zijn. Er is echt verandering nodig.”

Classificatie

Om de paralympische topsport door te ontwikkelen zijn structurele investeringen nodig. Er zijn onder meer middelen nodig voor de professionalisering van de classificatie, gelijkwaardige ondersteuning van (aankomende) paralympische sporters en voor het stimuleren van paralympische topsport in topsportevenementen. Het gaat om extra middelen, ze mogen dus niet ten koste gaan van de bestaande financiering van topsport. Daarnaast adviseert de raad om de zichtbaarheid en inclusiviteit van de paralympische topsport te vergroten.

NOPC*NSF?

Een suggestie in het rapport om de gelijkwaardigheid te vergroten is de naam van het Nederlands Paralympisch Comité terug te laten komen in NOC*NSF en het voortaan NOPC*NSF te noemen.

Trainers: kennis delen

Ook voor trainers zit er nog een stevige aanwijzing in het rapport. Nederland heeft veel kennis in huis die van waarde is voor de paralympische topsport. Ook heeft het capaciteit om verder te innoveren. Hogescholen, universiteiten, revalidatiecentra, sportorganisaties, evenementenorganisatoren, overheden en bedrijven kunnen beter samenwerken om innovatieve kennis te ontwikkelen en de beschikbare kennis te benutten. De NLsportraad adviseert de minister voor Sport de regie te nemen over de kennisketen. De minister kan in de verstrekking van onderzoeksgelden randvoorwaarden laten opnemen over de besteding van een deel van deze middelen aan onderzoek naar paralympische topsport.

De kennis over de paralympische topsport zit nu (te) vaak bij een of enkele personen binnen organisaties. Dat maakt de doorontwikkeling van paralympische topsport kwetsbaar. De raad vindt dat kennis breder gedeeld en beschikbaar gemaakt kan worden. Het gaat daarbij om kennis op het gebied van classificaties, aanpassingen in training, sporthulpmiddelen of technologische ontwikkelingen. De raad adviseert praktijkkennis onder te brengen bij een ondersteuningspunt bij NOC*NSF. Daarnaast adviseert de raad om extra te investeren in de kennisfunctie van het Kenniscentrum Sport en Bewegen voor paralympische topsport.

Op 20 april licht de raad het rapport toe in een webinar.

Deel dit artikel