8 juni 2018 - Je hebt je papieren als looptrainer op zak. Altijd wordt het een gezellige boel en weet je de hardlopers tot nieuwe hoogten te krijgen. Toch knaagt het na een aantal jaren. Op technologisch gebied verandert veel, de maatschappij verandert, dan wordt het ook tijd dat je als trainer verandert. Vier aandachtspunten zodat jij blijft ontwikkelen.
1 Trainen is geen seminar
Je zal het gevoelsmatig al in de gaten hebben. Ben je langer aan het woord dan vijf minuten, dan zie je al de aandacht wegdrijven. De gezichten gaan anders staan, ze kijken een andere kant op. De lopers worden wat wiebelig op de benen. Ze zijn er toch om te rennen? Je hebt als trainer een ongelooflijke hoeveelheid kennis en ervaring en die wil je graag delen. Maar je lopers hebben zich niet ingeschreven voor een seminar maar voor een looptraining.
Voor een looptrainer is het nog belangrijker dan bijvoorbeeld in het onderwijs om gebruik te maken van interactieve vertelvormen. Stel vragen, geef suggesties en boven alles, laat je lopers ervaren. Een van de krachtigste manieren om jouw deel theorie te laten onthouden is door een ervaring mee te geven. Bedenk vormen die de combinatie hebben van theorie, verbetering, plus hoe een loper dat kan voelen. Het grote voordeel van een groep: je kan vragen hoe andere lopers jouw aangeduide ontwikkeling ervaren.
2 Hoe presteer je zelf?
Onlangs sprak ik een trainer en hij vond het heel belangrijk dat je zelf alle oefeningen uitstekend voor kunt doen. Daar hoef je het niet direct mee eens te zijn maar het geeft een belangrijk punt aan. Deze trainer is in ieder geval bewust van de eigen positie en prestatie voor de groep. Dat klinkt wat zwaar maar jij kijkt naar de ontwikkeling van hardlopers maar jouw lopers kijken ook naar jouw ontwikkeling. Vaak zijn of waren trainers goed in hun sport. Die ambitie kun je doortrekken naar je trainersvak, zorg dat je heel goed bent in het geven van trainingen.
Je kunt dit ontwikkelen door te kijken naar reacties op jouw trainingen. Ging je te snel door de stof? Wat viel heel erg goed bij je aangereikte voorbeelden? Waren je lopers al op de hoogte van de trainingsonderwerpen? Welk deel vonden ze extreem saai en moet je dat dan leuker maken (entertrainer) of moet je het juist uit het programma halen?
3 Consistente trainingsopbouw
Een beetje chaos is leuk maar hardlopers willen ook gewoon structuur en aandacht voor de ontwikkeling. Je hebt heel veel kennis en ervaring maar dat geeft je geen vrijbrief om zomaar allerlei onderwerpen binnen een training te geven. Zorg voor een opbouw. Consistent training geven betekent niet dat het zonder plezier is maar dat je een leerlijn opzet. Dat kan in het klein voor een losse training maar het kan ook in een groter verband, zoals een lijn voor een kwartaal of de fase waarin je club zich bevindt.
Je geeft bijvoorbeeld uitleg, voorbeelden en oefeningen. Je hebt al voorbereid dat er vragen komen en dat je voorbeelden met meer complexiteit geeft. Beweeg je verder in de materie zonder uit het oog te verliezen waar jouw hardlopers behoefte aan hebben.
4 Je houdt van leren
Trainers willen meestal ook zelf meer leren. Je geeft niet alleen je kennis en trainingsmateriaal door, je hebt zelf ook die intrinsieke behoefte om meer te willen weten. Dat is wat we merken aan de leden van Hardlooptrainers Nederland. Geef toe aan die passie. Vaak doe je het vak van trainer erbij, naast je andere baan of gezinsleven. Reserveer binnen het tijdsblok dat je besteedt aan trainingen geven ook een blokje dat je verder kennis opbouwt. Dat klinkt heel theoretisch maar blijf lezen, zoek onderwerpen op YouTube, schrijf je in voor een cursus of opleiding. Ga altijd door. Soms sla je voor je gevoel een verkeerde weg is maar het is nooit verkeerd om die kennis te verzamelen.
Bij de redactie van Proloop (het magazine voor de leden van Hardlooptrainers Nederland) kijken we daarom ook graag naar ontwikkelingen in het trainersvak bij wielrennen, zwemmen, triatlon en ook voetbal. Daar zijn ontwikkelingen in het geven van trainingen, methodologie en nieuwe toepassingen. Veel kunnen we niet gebruiken en soms vind je er nieuwe pareltjes. Die wil je als trainer graag opduiken.
Foto: met toestemming van Jan Fokke Oosterhof.